Biociden in koelsmeermiddelen: dit moet je weten

2-S Service & Specialties

Biociden in koelsmeermiddelen: dit moet je weten.

Verspaners zijn geen chemici. Verre van, maar tegenwoordig moet je je wel met de chemie van de koelsmeermiddelen bezighouden, want qua regelgeving verandert daarin veel. De gezondheid van medewerkers gaat boven alles, vindt niet alleen de samenleving maar ook de Europese Unie. Daarom is jaren geleden de REACH-verordening van kracht geworden. De metaalindustrie gaat de komende maanden en jaren de gevolgen hiervan merken.

Het bad met koelemulsie is voor veel metaalverwerkende bedrijven een noodzakelijk kwaad. Zolang de additieven die de leverancier aan het bad toevoegt de bacteriegroei afremmen of stoppen, vinden velen het goed. Meestal krijgt het bad pas aandacht als de bacteriegroei voor problemen zorgt. Juist op dit punt verandert er de komende maanden iets. Op de verpakking van formaldehyde-donoren, die aan de koelsmeervloeistof worden toegevoegd om bacteriegroei te verhinderen, staat  vanaf 1 december een waarschuwingssymbool op het etiket. Vanaf die datum stellen de CLP-regels voor deze middelenetiketten met daarop GHS-08 als waarschuwingssymbool ende waarschuwingszinnen: Kan kanker veroorzaken verplicht. Hiermee wordt de gebruiker geïnformeerd dat er een kankerverwekkende stof in de vloeistof zit.

Risicobeoordeling

Moeten verspaners hiervan schrikken? Nee, stelt Angelique Welten, toxicoloog bij het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden, het Ctgb. Deze overheidsinstantie regelt in Nederland de toelating van biociden voor verschillende sectoren, onder andere voorde metaalbewerking (PT13). Het Ctgb beoordeelt wanneer een stof schadelijk is voor mens en dier, de zogenaamde risicobeoordeling. Angelique Welten: “Bij deze risicobeoordeling beoordelen we in welke concentratie een stof geen schadelijk effect heeft op mens of dier. Dit doen we aan de hand van normen waarin een veilige marge van honderd of meer wordt gehanteerd. Een dergelijke risicobeoordeling is ook voor de producten met formaldehyde-donoren uitgevoerd. ”Omdat de CLP-regels voor bepaalde formaldehyde-donoren vanaf 1 december wijzigen, moet er een waarschuwing op het etiket staan dat er een kankerverwekkende stof in zit. “Daar hoef je niet van te schrikken, want het biocide gebruik volgens het voorschrift is als veilig beoordeeld”, benadrukt de toxicoloog nog eens. De concentraties zijn in een koelsmeervloeistof doorgaans zeer gering omdat dit sterk verdund wordt met water. De waarschuwingssymbolen op de etiketten en de veiligheidsbladen moeten gebruikers wel aanzetten tot nadenken: wil je deze stoffen nog wel gebruiken? Of kun je beter op zoek gaan naar alternatieven?

Verboden vanaf 2022

Bij biociden zoals formaldehyde-donoren is dat zeker niet onverstandig. Want er speelt nog iets anders. Europa heeft in het kader van de REACH-verordening formaldehyde zelf al verboden en de formaldehyde-donoren zijn geclassificeerd als stoffen die we hier niet willen. Ook de biociden-wetgeving geeft aan dat stoffen die als kankerverwekkend worden ingedeeld, niet kunnen worden goedgekeurd (=uitsluitingscriteria). “Een van de formaldehyde-donoren is als biocide werkzame stof in

2017 goedgekeurd voordat de classificatie definitief was. De risicobeoordeling die het Ctgb heeft uitgevoerd bij de beoordeling van de aanvraag tot toelating was gericht op het risico door blootstelling. De stof zal in 2022 her-beoordeeld worden. “En met de nieuwe classificatie, is de verwachting dat ook deze stoffen na 2022 niet meer toegestaan zijn”, aldus Angelique Welten. Goedkeuring van een stof met kankerverwekkende, reprotoxische of mutagene eigenschappen kan dan eigenlijk enkel nog worden verleend wanneer het in een gesloten systeem wordt toegepast, wat in de verspaning niet kan; of als het absoluut noodzakelijk is voor de volksgezondheid om bijvoorbeeld virussen te bestrijden (gaat evenmin op).

Let op alternatieven

Er zijn in Europa ondertussen alternatieve stoffen voor deze biociden toegelaten. Dit zijn onder andere MIT, CMIT en BIT(de zogenaamde isothiazolinone, potente allergenen) en phenoxy-ethanol. Deze stoffen zijn niet kankerverwekkend. Een probleem is echter dat deze stoffen bijeen deel van de mensen een allergische reactie veroorzaken. In de beoordeling door toelatingsinstanties zoals het Ctgb of ECHA, de uitvoeringsinstantie van REACH, moet de blootstelling aan producten die allergische reacties kunnen veroorzaken vermeden worden en is het gebruik van handschoenen verplicht. “Omdat er geen norm en geen goede rekenmethode bestaat om te beoordelen bij welke mate van blootstelling een allergische stof veilig is, zorgen we er door het voorschrijven van handschoenen voordat de kans op blootstelling aan zo’n stof minimaal is”, legt Angelique Welten uit. Een allergische reactie ontstaat vaak niet meteen en kan het resultaat zijn van een optelsom van blootstellingen, op werk en thuis. Dergelijke stoffen zitten ook in tal van andere producten die vaak gebruikt worden, zoals huishoudelijk schoonmaakmiddelen, wasmiddelen, shampoo en zelfs in tal van cosmeticaproducten. Daarom is het belangrijk bij een allergische reactie niet alleen naar het werk te kijken, maar ook de thuissituatie mee te nemen. De producenten van metaalbewerkingsvloeistoffen ontwikkelen momenteel compleet nieuwe generaties

koelsmeermiddelen, die bijvoorbeeld gebruik maken van amine-technologie of vrije radicalen (geladen deeltjes die de bacteriën doden). Er wordt dan een klimaat gecreëerd waarin bacteriën niet kunnen gedijen, onder het mottovoorkomen is beter dan genezen.

Website Ctgb bron van informatie

Op de website van het Ctgb is veel informatie over de toelating van verschillende stoffen te vinden. Iedereen kan in de openbare toelatingsbank van deze Nederlandse instantie informatie zoeken en een Excel-bestand downloaden om verder in te zoeken. Je kan zoeken op bijvoorbeeld toelatingsnaam of werkzame stof. Voor de verspaners is PT code 13(conserveringsmiddelen voor metaalbewerkingsvloeistoffen)van toepassing (via toon uitgebreide filters). In de toelatingendatabank van het Ctgb zijn momenteel 63 producten in Nederland toegelaten voor het afremmen van bacteriegroei in metaalbewerkingsvloeistoffen.

www.ctgb.nl

Checklist koelsmeermiddelen

  • Vraag de leverancier de nieuwe veiligheidsbladen (MSDS) van de koelemulsies. Vanaf 1 december zijn deze verplicht.
  • Vergelijk de gegevens op deze veiligheidsbladen met de huidige. Ook al is de productnaam van de koelemulsie dezelfde, de samenstelling kan verschillen
  • Via het CAS-nummer van elke stof kun je op internet veel informatie terugvinden
  • Informeer medewerkers over de nieuwe etikettering en wat het waarschuwingssymbool voor carcinogene stoffen betekent. Dat dit geen reden voor ongerustheid hoeft te betekenen
  • Gebruikt de leverancier alternatieve biociden zoals MIT en CMIT, wees dan alert op allergische reacties bij medewerkers. Is een medewerker allergisch, stuur deze door naar een dermatoloog die precies kan bepalen welke stof de reactie veroorzaakt
  • Ben je bewust dat deze allergene stoffen ook in veel huishoudelijke producten zitten. Ben je allergisch, dan zul je zowel op het werk als thuis contact met deze stoffen moeten vermijden
  • Denk na over het gebruik van biocide-vrije koelsmeermiddelen. Een aantal biocide stoffen zullen mogelijk in de toekomst niet meer beschikbaar zijn vanwege de carcinogene eigenschappen. Begin wel tijdig met testen in verband met onder andere de reinigbaarheid van producten en CNC-machine én de levensduur van afdichtingen in de machine.

Bron: Solutions, september 2018

Zie meer.

Onze Service & Specialties

Laboratorium & Analyse

ISO 9001 : 2015

Fluid Service Management

Metaalbewerkingsadvies

Vaten- en afval verwerking

Vragen?

Neem contact op of stel je vraag